In Esta: interview met ANOUK

Anouk Esta

Anouk, een interview

Door Chantal van Wees

Niet eerder stuurde Nederland zo’n beroemdheid naar het Eurosongfestival. Iedereen kent haar. Maar: hoe goed eigenlijk? 

De liedjes op je nieuwe album Sad singalong songs lijken in één periode geschreven. Klopt dat?
‘Ja. Na vier dagen schrijven had ik acht van die stukken geschreven en dacht ik: jeetje. Wat snel! Waar komt het vandaan? Maar ik voelde dat het voor mij bijzondere nummers waren en wilde de tijd ervoor nemen om het goed neer te zetten. Dus toen heb ik het laten liggen en ben ik ondertussen een ander album gaan maken. En als ik dan een bepaald stuk onder handen wilde nemen, pakte ik het en deed het op mijn gemak, zonder tijdsdruk. Daardoor is het gelukt om over te brengen wat ik in mijn hoofd hoorde.’

De nummers klinken filmisch en tijdloos. Ondanks de titel zijn ze niet allemaal sad maar er lijkt wel een moody vibe in de plaat te zitten. Je zingt veel over twijfels, liefdeshonger, terugverlangen naar betere tijden. Heb je die periode inmiddels afgesloten?
‘Nee. Elke song die je schrijft, is een momentopname. En het ene moment zie ik het zonnig in, maar dat kan twee maanden later weer anders zijn. Of een liedje is een jaar later opeens weer van toepassing.’

Heb je dan nog geen antwoord gekregen op de vragen die jij je op dit album stelt?
‘Ik denk dat ik op veel van die vragen geen antwoord zal krijgen. Alleen moet ik een manier zien te vinden om daar vrede mee te hebben. Twijfels of verlangen naar liefde, dat blijft. Dat moet ook. Als ik dat niet meer heb, dan zou ik me zorgen gaan maken.’

Met vier kinderen word je toch overspoeld door liefde?
‘Die liefde is onvoorwaardelijk, maar dat is een ander soort liefde dan die je hebt met een partner.’

Je honger lijkt meer dan alleen op het verlangen naar een man…
‘Tuurlijk. Het is ook niet zo van: dat heb ik nodig in mijn leven om het compleet te maken. Maar af en toe zou ik wel eens een gesprek willen voeren met iemand op een bepaalde level, of feedback krijgen over sommige dingen. Of iemand kunnen aanstoten als ik ’s avonds iets zie op televisie en iedereen al in bed ligt. Het zijn maar een paar momenten, maar ze komen langs.’

Maar wat is dat dan meer dan verlangen naar een man?
‘Het is ook verlangen naar het plaatje wat ik ooit heb gehad.’

Hoe zag dat eruit?
‘Rond mijn 13e wist ik helemaal niet wat ik wilde, ook niet dat ik zangeres wilde worden. Eén ding wist ik wel: Ik wilde moeder worden, een groot gezin, en met iemand samen zijn. Het perfecte plaatje.’

Waar kwam dat perfecte plaatje vandaan?
‘Wat ik thuis niet heb gehad, wilde ik per se hebben. Dat is iets waar ik naar verlangde, waarvan ik dacht: als ik dat als kind zo had gehad… Zoals ik gezien had bij vriendinnetjes thuis. Dan dacht ik: ’t kan dus toch. Zo wil ik het.’

Dat is niet gelukt.
‘Nee. Dat is jammer. Daar moet je je bij neerleggen. Het voelt als falen. Of dat nou aan mezelf ligt of aan een ander, dat maakt niet uit. Het is gewoon niet gelukt. En ook een schuldgevoel naar de kinderen toe; dat je het zo anders had willen doen en dat het eigenlijk exact hetzelfde is gelopen als bij mij vroeger. Nou, niet precies hetzelfde. Zij zien hun vader wel en hij is hartstikke lief voor ze. Maar toch, ik had het zo graag gewild dat het gelukt was.’

Maar Remon Stotijn, de vader van je eerste drie kinderen, is toch bij jou weggegaan? Daar kun jij je toch niet schuldig over voelen?
‘Het klinkt misschien raar maar dat ik het niet voor elkaar kreeg om de boel bij elkaar te houden, knaagt. Ik had bij wijze van spreken oud kunnen worden met die man.’

Niet met Dox, je laatste ex-vriend, met wie jij een zoontje hebt?
‘Nee. Dat hoopte ik wel maar ik daar had ik al twijfels over. Bij Remon wist ik het wel. Natuurlijk had hij dingen waar ik van baalde, net als hij bij mij heeft gehad, maar daar had ik mee kunnen dealen. Dat weet ik gewoon diep vanbinnen.’

In het nummer ‘The good life’ zing je over heimwee naar tien jaar geleden. Hoe zag die tijd er uit?
‘In dat nummer blik ik terug naar de periode rond de geboorte van onze eerste zoon. Het was allemaal zo mooi. Dat was het niet elke dag, maar er waren zoveel momenten waarop ik dacht: wat is dit prachtig. Hier gaat het dus om. Niet alleen het moederschap, maar ook mijn liefde met Remon. Ik was me zo bewust van de schoonheid ervan.’

Je was je ook heel bewust van het geluk toen je het had. Dat is niet iedereen.
‘Ja maar omdat je je zo bewust ervan bent, is het des te teleurstellender als je daar geen grip meer op hebt of als het allemaal verdwijnt.’

Jouw liefde voor je kinderen bezing je ontroerend in het nummer ‘Only a mother’. Wat vonden zij daarvan?
‘Ik ben nooit zo van: moet jullie eens horen. Ik heb wel gezegd:’Mama heeft een liedje gemaakt dat over jullie gaat.’ Toen draaide ik het. De eerste paar zinnen waren ze nog gefocust, daarna ging de een basketballen, sprong de ander op de bank en waren ze alweer afgeleid. Ze verstaan wel Engels, maar ze horen eigenlijk niet wat ik zing met dat nummer, daar zijn ze te jong voor. Ze vinden de melodie leuk, ‘hmm, geen beat?’ En ik begrijp dat wel. Later zullen ze er weer heel anders naar luisteren dan nu.’

Zij ze fan?
‘Nee joh, wie is er nou fan van zijn moeder? Ze zeggen wel eerlijk als ze iets mooi of niet mooi vinden, maar als ik iets zing, is het zo van: kun je niet even je mond houden? Ik heb het niet eens door dat ik zing, op straat, of waar dan ook. Dat kunnen ze niet aan. Ik begrijp het, als mijn moeder dat vroeger deed, vond ik dat ook vervelend. En nu doe ik exact hetzelfde. Gek he?’

Je hebt je eigen moeder jarenlang niet willen zien. Heb je inmiddels weer contact met haar?
‘Ik heb haar twee keer gezien in de laatste anderhalf jaar. Ik had tegen de kinderen gezegd: ‘Als jullie haar willen zien, anytime, dan bel ik haar op. En toen zei Benjamin, mijn oudste: ‘Ik zou het wel leuk vinden om te zien waar jij vandaan komt. Waarop ik zei:’Dan gaan we naar haar toe.’ Het kostte me geen moeite maar ik heb ook niet een zwaar gemis gehad in de tijd waarin ik haar niet zag. Het was prima zo. Ik vond het leuk dat de kinderen het fijn vonden en zij was natuurlijk blij dat ze hen zag. Ik hoef geen wekelijks contact maar als ze langs wil komen of de kinderen willen daarheen, dan heb ik er geen moeite mee.’

Wie weet wat jouw kinderen later allemaal gaan vinden…
‘Dat is waar. Je wordt moeder, maar je hebt geen boekje over hoe het allemaal moet. En ieder kind is verschillend. Wat voor de een werkt, kan averechts werken voor de ander. Dat zijn die vraagtekens waar ik over zing. Dat je s’ nachts wakker ligt en je afvraagt: doe ik het wel goed? Dat krijg ik later allemaal wel te horen. Je doet het zoals je op het moment denkt dat ’t het beste is, meer kan je niet doen.’

Je hebt je moeder vergeven?
‘Ja. Maar wat ik er wel van geleerd heb, is dat als ik denk: dat had ik anders moeten doen, dat ik dat dan gewoon uitspreek naar mijn kinderen. ‘Sorry, dat had ik net even niet moeten zeggen.’ Of: ‘Ik had niet boos moeten worden.’

Je werkt veel, gaat dat samen met een groot gezin?
‘Ik werk zo min mogelijk, wil zo veel mogelijk thuis zijn, want het gaat zo hard. Ik doe echt alles wat ik kan om er te zijn. Maar toch, vier kinderen die allemaal aandacht nodig hebben, ook los van elkaar. Dat is pittig. Nou neem ik ze wel eens een weekendje mee, apart. Maar dan nog. Als alleenstaande ouder kun je de taken nou eenmaal niet verdelen.’

Zou je toch graag een partner willen?
‘Ik hou van die uitdaging om met iemand door het leven te gaan, de struggles die komen, om daar het beste uit te halen, om toch te blijven gaan. Ik vind het mooi als ik zie dat mensen lang bij elkaar zijn. Dan moet je toch heel wat hebben doorstaan met elkaar, heb je moeten vechten en dingen van elkaar hebben geslikt. Dat de ander voor jou wil vechten, want dat is het.’

Maar iedere man die je op pad komt, is niet de vader van je kinderen…
‘Ja en dat is moeilijk. Dat mis ik. Maar ik zou wel eens iemand willen die voor mij zorgt. Ik heb het gevoel dat ik al jarenlang voor iedereen zorg. Het is niet dat ik dingen verwacht, want misschien heb ik juist te weinig verwachtingen gehad in vorige relaties. Maar nu heb ik zoiets: dat ga ik niet meer doen.’

Moet je niet gewoon leren om voor jezelf op te komen in een relatie?
‘Ik was zo jong toen ik die relatie kreeg met Remon. Je hebt in het begin bepaalde normen en waarden waar je allebei aan vasthoudt. Op een gegeven moment ga je inbinden, allebei, om elkaar tegemoet te komen. Ik heb veel ingebonden, uit liefde, want ik hield van die man. Als ik kijk wat er mijn kant op kwam, is het niet in balans geweest. Dat wil ik niet meer. Ik wil ook het gevoel hebben dat iemand voor mij zorgt. Dat iemand zegt:’Komt allemaal goed, ik regel het.’

Geloof je daar in, in zo’n man?
‘Ik weet het eigenlijk niet, weet je dat? Als ik zeg dat ik daar niet in geloof, klink ik bitter en dat ben ik helemaal niet. Ik weet niet of het bestaat. Ik hoop het. Maar ik wil niemand in mijn leven halen, zeker niet echt, voor 24 uur. Mijn kinderen worden ook allemaal ouder, eentje gaat er al de pubertijd in. Als ik dan nu iemand erbij haal… Ik moet er niet aan denken. Als ik aan mezelf denk: een stiefmoeder, stiefvader, zeker rond die leeftijd? Gaat niet werken. Dan haal je een hoop trouble naar je toe.’

Uiteindelijk gaan je kinderen de deur uit.
‘En ben ik oud. Zit ik ergens in Frankrijk op een boerderij met negen katten en twee honden. En dan?’

Je kan ook gewoon nu een leuke man buiten de deur hebben.
‘Dat kan. Ik weet het niet. Voor mijn is het sowieso moeilijk, want de mannen die ik ontmoet, hebben allemaal een vooroordeel over mij.’

Omdat jij Anouk bent?
‘Ja! Heel veel mensen denken mij te kennen, omdat ze mijn hoofd al zeventien jaar op de televisie zien. Ze kennen verhalen, ze checken dingen. Het is nooit een clean start. Nooit. Iedereen die mij ontmoet, heeft al een idee over mij.’

Misschien is de man op het witte paard iemand die totaal geen waarde hecht aan jouw status.
‘Ja maar daar gaat het niet om. Ik ben heel wantrouwend. Als iemand wat met me wil drinken, of ik krijg een aanvraag via Facebook, denk ik: waarom? Deze mensen vragen mij uit, puur om het feit van, tsja, van wat? Dat ik een leuke kop op mijn nek heb zitten? Dat ik muziek maak?

Je geld?
‘Bijvoorbeeld. You’ll never know.’

Moet jij niet wat meer vertrouwen hebben in je eigen mensenkennis?
‘Dat vertrouwen is twee jaar geleden in één klap van tafel geveegd toen bleek dat mijn toenmalige vriend mij bedroog met een hele rits vrouwen, waaronder vrouwen die ik vertrouwde. Sindsdien vertrouw ik mezelf gewoon niet meer op dat gebied. En dat is best beangstigend.’

Hoe verwerk jij zoiets?
‘Door mijn muziek. Dat is de enige manier waarop ik het wil en kan herbeleven. Ik schrijf en zing erover, luister ernaar. Dat doe ik liever dan dat ik erover praat. Het is een combinatie van het onderwerp met de melodie, die het net die extra diepte geeft. Op die manier geef ik er vorm aan en kan ik het een plaats geven.’

Qua carrière gaat het je voor de wind. Een prachtig nieuw album, het songfestival, Symfonica in Rosso. Waar gaat dat heen?
‘Dat weet ik niet. Maar dat houdt het spannend, toch? Laat de verrassingen maar komen. Privé gaat het soms anders dan ik dacht, maar qua muziek en werk kan ik echt op mijn gevoel af gaan, dat klopt vrijwel altijd.’

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s